- nemen
- {{nemen}}{{/term}}1 [beetpakken] take2 [in genoemde toestand brengen/laten verkeren] take3 [het genoemde (gaan) doen] take4 [nuttigen] have5 [zich verschaffen] take ⇒ get, have, take out 〈hypotheek, patent, abonnement〉6 [aanvaarden] take7 [zich bedienen van] take ⇒ use8 [op zijn weg passeren] take9 [op genoemde wijze opvatten] take10 [af-, wegnemen] take ⇒ 〈oorlog, schaakspel enz. ook〉 seize, capture♦voorbeelden:1 een boek voor zich nemen • pick up a bookeen kind op de arm nemen • take a baby/child in one's arms〈figuurlijk〉 neem mijn vader nou • now, take my father〈figuurlijk〉 zich genomen voelen • feel (that) one has been hadmen neme … • take …iemand bij de hand nemen • take someone by the hand 〈ook figuurlijk〉2 iemand (even) apart nemen • take someone asidein behandeling nemen • start treatingiets op zich nemen • undertake (to do) something; 〈verantwoordelijkheid〉 take something (up)on oneselfiets ter hand nemen • take something in hand/something upiets tot zich nemen • take somethingvoor zijn rekening nemen • deal with, account foruit elkaar nemen • take apart3 maatregelen nemen • take steps/measuresde moeite nemen om • take the trouble toontslag nemen • resignplaats nemen tussen/in • sit (down)/take a seat between/in〈sport〉 een strafschop nemen • take a penalty (kick)〈bij het fotograferen〉 van opzij genomen • taken from the side4 een borrel nemen • have a drinkwat neem jij? • what are you having?neem nog een koekje • (do) have another biscuit5 we nemen later drie kinderen • we intend to have three childreneen krant nemen • take/subscribe to a newspapereen dag vrij nemen • have/take a day offiemand tot man, vrouw nemen • take someone as one's husband/wife6 het leven bestaat uit geven en nemen • life is a question of give and takedat neem ik niet! • I'm not standing for that!je moet de Engelsen nemen zoals ze zijn • you must take the English the way they are7 de bus nemen • catch/take the/go by buseen taxi nemen • get/take a/go by taxiiemand tot voorbeeld nemen • take someone as an example8 een kortere weg nemen • take a short cut9 iemand iets kwalijk nemen • take something ill of someoneiets niet zo nauw nemen • not bother oneself much about something, not be overparticulariemand (niet) serieus nemen • (not) take someone seriouslyalles bij elkaar genomen • all things consideredstrikt genomen • strictly (speaking)over het geheel genomen • all in alliets ter harte nemen • take something to heart10 〈religie〉 de Heer heeft gegeven, de Heer heeft genomen • the Lord gave, the Lord hath taken awayiemand het leven nemen • take someone's lifeeen stad nemen • take/capture a city¶ hij nam haar van achteren/met geweld • he took her from behind/by forcewat dacht je? ik neem het er maar eens van • you bet, I'm doing myself proud/I'm helping myself, ( 〈slang〉to the goodies)iemand ertussen nemen • pull someone's leghet er (goed) van nemen • live well
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.